Sommige verhalen hebben het boek niet gehaald. Er moesten ruim 10.000 woorden geschrapt worden anders zou het een te dik boek worden. De snoeiwerkzaamheden werden door een eindredacteur gedaan. Als schrijver is het lastig te beslissen welk verhaal erin moet blijven en welke niet. Vandaag vind ik wel een mooie dag om het verhaal 'Het burn-out fietsrondje' te delen. Het speelde zich drie jaar geleden af op een ietwat gure dag in februari/maart. Bij deze de niet geredigeerde versie.
Het Burn-out fietsrondje
Na wekenlang alle hoeken en mogelijke ligposities van mijn bank te hebben verkend, begin ik vandaag met mijn burn-outfietsrondje. Er sijpelt een heel klein lichtstraaltje in mij. Naast het boodschapje doen, liggen, koken, liggen, tijd voor iets nieuws. Laat ik het gewoon proberen. Mijn inmiddels grote grijze uitgroei verstop ik onder een knotje. Ik kan mijn tarief als ZZP’er dadelijk omhoog gooien als grijzende dame. Het geeft wel een senior uitstraling. Maar mijn kansen op een nieuwe relatie zijn natuurlijk aanzienlijk minder. Ik moet al wekenlang naar de kapper, maar zie dat echt niet zitten vanwege de hoeveelheid prikkels.
Ik stap op de fiets en trap heel langzaam, met tussenpauzes, richting de dijk. Dat is een afstand van nog geen twee kilometer. Eenmaal bij de dijk aangekomen moet ik even stoppen om uit te rusten en op adem te komen. Ik zie de zon op het water schijnen, grote groepen vogels trekken heen en weer.
Er wandelt een man met zijn hond over de dijk, uitgerust met een verrekijker en goeie wandelschoenen. Zal ik nog verder fietsen, of is het zo ver genoeg? Ik fiets weer een stukje terug over de dijk waarover ik ben gekomen en stop even. Wat een prachtig gezicht, de IJssel op een winterse dag. Dan fiets ik weer een stukje verder op de dijk. De man met de hond kijkt inmiddels nieuwsgierig mijn richting uit. Ik heb geen verrekijker bij me, dus nee, ik ben geen vogelaar. En nee, ik ben ook niet op zoek naar een man. Even later pak ik een ander stukje dijk, de man met hond spreekt me nu aan.
‘Zo, lekker aan het fietsen?’
‘Ja zoiets,’ zeg ik. ‘Beetje aan het herstellen, vandaar dat ik af en toe even moet pauzeren.’
Veel informatie aan een volstrekt vreemde. Maar goed als hij iemand ziet fietsen, stoppen, fietsen, weer een stuk terug ziet fietsen, stoppen, en dat alles zonder fotocamera, of verrekijker moet hij vast denken: of ze is niet helemaal goed bij haar hoofd, of ze heeft haar verrekijker thuis laten liggen en probeert nu alles met haar fotografische geheugen vast te leggen. Aangemoedigd door mijn kennelijke openhartigheid, vraagt hij door. Ik vertel mondjesmaat dat ik een burn-out heb en weer aan het revalideren ben. Hij is vogels aan het spotten en vraagt wat voor trainingen ik gaf. Wat gaf ik ook alweer voor trainingen? Het is net of dat deel van mijn werkgeheugen compleet uitgeschakeld is. Ik kan er niet bij, en ik kom amper uit mijn woorden.
Als ik thuis ben voel ik me even opgetild. Wat fijn dat het fietsen goed ging. Weliswaar op bejaardentempo zonder versnellingskastje, maar dit 65-plusrondje is een welkome aanvulling op het omarondje wandelen. De vogelaar heeft mij kennelijk gelijk gegoogeld want ik zie een uitnodiging in mijn mail staan om eens samen te wandelen.
Het fietsrondje is gelukt, zelfs nog met een sociaal praatje en een onbewuste flirt, gezien het mailtje. Wel met een type vogelaar, c.q. boswachter, maar toch. Ik boek vooruitgang!
Het Burn-out fietsrondje
Na wekenlang alle hoeken en mogelijke ligposities van mijn bank te hebben verkend, begin ik vandaag met mijn burn-outfietsrondje. Er sijpelt een heel klein lichtstraaltje in mij. Naast het boodschapje doen, liggen, koken, liggen, tijd voor iets nieuws. Laat ik het gewoon proberen. Mijn inmiddels grote grijze uitgroei verstop ik onder een knotje. Ik kan mijn tarief als ZZP’er dadelijk omhoog gooien als grijzende dame. Het geeft wel een senior uitstraling. Maar mijn kansen op een nieuwe relatie zijn natuurlijk aanzienlijk minder. Ik moet al wekenlang naar de kapper, maar zie dat echt niet zitten vanwege de hoeveelheid prikkels.
Ik stap op de fiets en trap heel langzaam, met tussenpauzes, richting de dijk. Dat is een afstand van nog geen twee kilometer. Eenmaal bij de dijk aangekomen moet ik even stoppen om uit te rusten en op adem te komen. Ik zie de zon op het water schijnen, grote groepen vogels trekken heen en weer.
Er wandelt een man met zijn hond over de dijk, uitgerust met een verrekijker en goeie wandelschoenen. Zal ik nog verder fietsen, of is het zo ver genoeg? Ik fiets weer een stukje terug over de dijk waarover ik ben gekomen en stop even. Wat een prachtig gezicht, de IJssel op een winterse dag. Dan fiets ik weer een stukje verder op de dijk. De man met de hond kijkt inmiddels nieuwsgierig mijn richting uit. Ik heb geen verrekijker bij me, dus nee, ik ben geen vogelaar. En nee, ik ben ook niet op zoek naar een man. Even later pak ik een ander stukje dijk, de man met hond spreekt me nu aan.
‘Zo, lekker aan het fietsen?’
‘Ja zoiets,’ zeg ik. ‘Beetje aan het herstellen, vandaar dat ik af en toe even moet pauzeren.’
Veel informatie aan een volstrekt vreemde. Maar goed als hij iemand ziet fietsen, stoppen, fietsen, weer een stuk terug ziet fietsen, stoppen, en dat alles zonder fotocamera, of verrekijker moet hij vast denken: of ze is niet helemaal goed bij haar hoofd, of ze heeft haar verrekijker thuis laten liggen en probeert nu alles met haar fotografische geheugen vast te leggen. Aangemoedigd door mijn kennelijke openhartigheid, vraagt hij door. Ik vertel mondjesmaat dat ik een burn-out heb en weer aan het revalideren ben. Hij is vogels aan het spotten en vraagt wat voor trainingen ik gaf. Wat gaf ik ook alweer voor trainingen? Het is net of dat deel van mijn werkgeheugen compleet uitgeschakeld is. Ik kan er niet bij, en ik kom amper uit mijn woorden.
Als ik thuis ben voel ik me even opgetild. Wat fijn dat het fietsen goed ging. Weliswaar op bejaardentempo zonder versnellingskastje, maar dit 65-plusrondje is een welkome aanvulling op het omarondje wandelen. De vogelaar heeft mij kennelijk gelijk gegoogeld want ik zie een uitnodiging in mijn mail staan om eens samen te wandelen.
Het fietsrondje is gelukt, zelfs nog met een sociaal praatje en een onbewuste flirt, gezien het mailtje. Wel met een type vogelaar, c.q. boswachter, maar toch. Ik boek vooruitgang!